Oohhh, dit viel te verwachten! Een film in Lux Nijmegen, die volgens het praatje vooraf, van een spannende hoogleraar van de Radboud Universiteit (Die zelf ook wel iets van een wolf weghad…. of misschien meer een vos?) zo genuanceerd is, dat Republikeinen het portret van Dick Cheney karikaturaal vinden; En Vice volgens Democraten juist te menselijk is. Dat ik er dan twee uur en tien minuten verlekkerd naar kijk, en me pas daarna realiseer dat we er ook nog iets van moeten vinden. Behalve dan “Jezus wat een lekker ding die Christian Bale! Net Michael Madsen!” En dat ik daarna diep in gedachten verzink hoe het komt dat ik die gelijkenis niet eerder heb gezien. Zijn het alleen de extra kilo’s die Christian Bale voor de rol van Dick Cheney is aangekomen?
boven: Christian Bale als een jonge Dick Cheney. onder: Michael Madsen
Of is het toch die bedachtzame manier van praten, die hij heeft aangeleerd? Een spraak die sinds de jaren 80 in de vergetelheid is geraakt en nu nog door weinigen wordt beheerst. Want die communicatieve mannen van tegenwoordig. Bah, bah. Ik was nog in deze gedachten verzonken toen een man die ook naar Vice was geweest, min of meer uit beleefdheid omdat we naast elkaar stonden te wachten en uit dezelfde film kwamen, vroeg wat ik van de film vond. Ik kon aan hem zien dat hij wel normen en waarden had, maar desondanks maakte hij een prettige, zakelijke indruk. Niet zo iemand die meteen je handen vastpakt en zegt dat hij masseur is. Dus ik zei dat ik het een geweldige film vond. Na een minuut raving review realiseerde ik me, dat ik me misschien even moest uitspreken over het morele niveau van de hoofdpersoon. Voor hij me definitief in het bakje met Femme Fatales zou gooien. Ik probeerde ook heel hard te bedenken of ik dat erg vond in die illustere mand te belanden, dus ik moest echt mentaal multitasken. Toen ik eenmaal had besloten mijn opmerking toch enigszins moreel te kaderen, maakte ik het eigenlijk alleen maar erger. Want mijn: “Ja, het was natuurlijk wel een foute man.” Werd al snel aangevuld met: “Ik hou eigenlijk wel van foute mannen.” Dit was tevens een test, of hij nu nog met mij wilde praten, aangezien hij en ik allebei wisten dat hij niet in die categorie viel. En al vrij snel droomde ik: “Wist je dat in de jaren 50 alle mannen zo waren? Wat geweldig hè? Waar zijn ze gebleven? Gedomesticeerd door vrouwen vrees ik.” Ik nam een extra grote slok Chardonnay om dit verdriet te verwerken, en liet een dramatische stilte vallen terwijl ik in de verte tuurde. “Eeuwig zonde.” Als de mannen het dan af lieten weten om zich als ondoordringbare vestingen door het leven te bewegen, dan deed ik het zelf wel. De Goede Man daarentegen, liet zich zomaar niet wegjagen, en knikte begripvol bij mijn loflied op foute mannen. En ik heb zelden in één avond zoveel over mezelf geleerd. Hij kwam echt met nieuwe intel. Want ondanks de grote hoeveelheid tijd die ik besteed aan persoonlijke ontwikkeling, ken ik mezelf verrassend slecht. Vooral omdat ik alles ook weer vergeet. Iedere keer ben ik weer verbaasd dat ik zo n zwak heb voor foute mannen, en seksueel gezien een onderdanig, Roodkapje achtig meisje blijk te zijn, dat graag het bos ingaat om met de wolven haar krachten te meten. “Dat is interessant!” zei de man, die inmiddels mijn visitekaartje bestudeerde. Op de achterkant stond een schilderij van Roodkapje en de Wolf. Eén van zijn vele interessante observaties van die avond, was dat ik me in mijn relatie als het kind opstelde. Ik leg alle verantwoordelijkheid bij mijn geheime minnaar. Dat is ook echt zo. Hij is mijn toegang naar seks in de echte mensenwereld. Zelf heb ik alleen mijn fantasie, mijn innerlijke seksualiteit. Maar daar komt geen man aan te pas. Die hoef ik ook niet meer. Voor ik mijn geheime minnaar ontmoette, was ik single en had ik bijna uitsluitend seks met beschikbare, aardige mannen. Maar ik weet nu beter. Ik moet écht verliefd zijn, voor ik seks wil. En de mannen waar ik nu nog verliefd op ben, dat zijn wolven. Alfamannetjes die ondanks hun macht nooit iets tegen je zin in zullen doen. Dat is zwaar onder hun niveau. Een Wolf vindt de uiteindelijke verovering alleen tellen als Roodkapje er letterlijk om smeekt. En hierin is de Wolf veel geduldiger dan andere mannen want hij heeft lijntjes met meerdere vrouwen lopen. De Wolf heeft zijn eieren niet allemaal in één mandje, dus hij kan zo’n risico investering als Roodkapje er wel naast hebben. Het eerste signaal dat Roodkapje aan het ontdooien is, is als ze op een date verzucht: “Ik zou wel een keer jouw huis willen zien. En thee met koekjes krijgen.” Min of meer toevallig (want zo willen ze het allebei graag spelen) komen ze inderdaad bij de Wolf thuis. Roodkapje kijkt voorzichtig om zich heen, of ze tekenen ziet dat de Wolf vrouwen verkracht en tegen hun zin vasthoudt. Want dan kan ze het nog op een lopen zetten. Maar ze ziet eigenlijk niks. En de Wolf vraagt vanuit de keuken wat voor thee ze wil. Als ze op de bank zitten, maakt de Wolf grapjes en Roodkapje moet heel erg lachen. Wat een leuke Wolf! Op precies het goede moment trekt de Wolf haar dichterbij, en kust haar. “Hmmm!” zegt hij daarna, alsof hij een lekker hapje op heeft. “Wat zoen jij lekker!”
achterkant visitekaartje: Little Red Riding Hood by Henry Leverseege
Roodkapje krijgt er een rode wangetjes van, en ze trekt haar neus op in een grijns. Na de zoen gaat de Wolf gewoon door met kletsen, en hij vraagt of ze nog thee wil. Roodkapje loopt door de grote woonkamer, en vraagt nieuwsgierig waar zijn slaapkamer is. “Of mag ik die niet zien?” steekt ze haar kapje om de hoek van de keuken. De Wolf lacht haar weer toe. “Nee. Pas als je geen draad meer om je lijf hebt.” Onverstoorbaar gaat de Wolf verder met zijn huishoudelijke taken. Hij lijkt bijna te vergeten dat er een opgewonden meisje staat, dat niet zo goed weet hoe het nou verder moet. “En wanneer is dat dan?” vraagt Roodkapje. “Ik zou het niet weten,” zegt de Wolf. “Volgens mij kwam er iemand voor thee en koekjes.” En ineens viel het Roodkapje op, dat de Wolf heel erg op Michael Madsen leek.
~Lauren/ LS Harteveld
Zeg maar Lauren is mijn Nederlandse blog, over mannen, macht, en films. De subscribe button van dit blog zit ergens op deze pagina, waarschijnlijk rechts.
1. Reboot – a hero’s journey. Diary 2017-2020 2. I M NOT CHANGING MY FUCKING SHOW 3. Big Mistress – confessions, columns and sex advice from the other woman 4. Blote Kont- (Nederlands) 5. ALL THE THINGS – unpublished work 2010 – 2020
The best way to receive updates on when these books are ready is to follow this blog. The subscription button to this blog is on this page, probably on the right. . Facebook page
Toen ik iemand vertelde dat ik me laat inspireren door de jaren 80, antwoordde deze: “The first cut is the deepest.” Nou kun je mijn stoere zwarte leren rugzak, of witte lak Doc Martens, er moeilijk van betichten me met een zakmes achterna te zitten.
Of dat ze op een andere manier kwaadwillend zijn.
Maar ik bedacht me later pas dat er natuurlijk ook pijn zit ja, in mijn herinneringen de jaren 80.
Ik denk dat het kwam doordat ik vandaag ineens op miraculeuze wijze genezen ben van een depressie die ongeveer zeven maanden heeft geduurd.
Niet van de hartklachten. Ik heb net een uurtje geslapen (midden op de dag- ook al geen teken dat ik zo fit ben als een hoentje) en werd wakker van de pijn in mijn borst. Mijn strak zittende bh heb ik in het kader van de retrotrend, net verbrand op het balkon.
Oh nee, dat was jaren 70 hè?
Maar hoewel de hartklachten en wie weet ook de burn-out dus nog niet over zijn, voel ik me zo licht als een veertje. Geen idee waarom ook! Het enige dat ik kan bedenken (grasping at straws here!) is dat ik voor het eerst in jaren weer Lord of the Rings 1, 2 en 3 heb gekeken.
Lord of the Rings is mijn nieuwe/oude theme movie, nu ik mijn vier boeken moet publiceren.
Ik heb hierover geschreven in een Engelstalige post: Do a Frodo
Het is mijn taak de boeken te publiceren, zoals het Frodo’s taak was die ring in die vulkaan te gooien.
Want die boeken moeten hoe dan ook af!
Als ik straks een 7-Figure Rock Star Writer ben, dan heb ik daar geen tijd meer veur.
En als ik dat per ongeluk niet word, en ik ga normaal werk doen, ja hallo!
Dan kan ik ook niet even in de avonduren vier boeken uitgeven want dan wil ik gewoon s avonds schrijven.
En als ik doodneerval omdat het mijn hart toch allemaal teveel wordt, dan is het helemaal belangrijk dat de nieuwe boeken netjes geupload zijn.
Mijn nabestaanden hebben wel wat beters te doen dan mijn werk postuum uit te geven.
De boeken moeten dus sowieso af.
Maar mijn worsteling met die vier boeken was niet eens de reden dat ik uberhaupt depressief was.
Het juiste woord is suïcidaal trouwens, want of ik depressief was weet ik niet. Wat ik wel weet is dat ik vorig jaar nogal van schrok van mijn vrij a-typische reactie op een dreigend arbeidscontract:
“Nou, nu wil ik dus dood.”
Maar laten we het gewoon “depressief” noemen, want anders wordt deze post helemaal zo zwaar op de hand.
En het gaat al over de jaren 80, dus heel veel meer moeten we er niet bij hebben!
Anyway, ik was dus al “depressief” sinds juli vorig jaar, en iedere keer als ik weer nadacht over gewoon werk om mijn geld te verdienen, dan zag ik die Waalbrug al opdoemen. We hebben er ook twee nieuwe bijgekregen de afgelopen jaren, dus je hebt ook echt keus.
Wil je klassiek, pak dan de oude Waalbrug uit 1936.
Ben je voor het milieu, pak dan de charmante Snelbinder, de gecombineerde fietsbrug/ spoorbrug.
Voor de zelfbewuste Nijmegenaar is er de hypermoderne Oversteek, die ter herinnering aan de tweede wereldoorlog is uitgerust met 48 paren masten, die iedere avond van Nijmegen richting Lent worden ontstoken.
Citaat uit Wikipedia:
“Sinds 19 oktober 2014 loopt, als dagelijks eerbetoon, elke avond bij zonsondergang een of meerdere veteranen de zgn. Sunset March over de brug tijdens het ontsteken van de 48 lichten.”
Met een beetje geluk krijg je dus nog een extra moment van bezinning.
Nou, bah!
Wordt het toch nog veel te concreet.
Maar ik denk dat het voor mij verwerking is.
De afgelopen 7 maanden ben ik zo bezig geweest met: “Daar mag ik in elk geval niet eindigen.”
Nu het beter gaat probeer ik er eigenlijk (en eindelijk) luchtig naar te kijken.
Oké, ik was aan het vertellen.
Dus ik 7 maanden depressief, suïcidaal, of ik was gewoon 7 maanden Kortjakje die niet wilde werken; en ineens vandaag?
Poef!
Weg!
Zoals Hans Teeuwen dan brult: “Ha ha ha! Ik ben er alweer overheen!”
Maar ik heb dus geen idee waarom of hoe!
Behalve dan Lord of the Rings, heb ik volgens mij niks gedaan wat ik de afgelopen 7 maanden niet ook al deed.
En ik pak de winst hoor, daar niet van, maar ik ben niet gewend dat het zo vanzelf gaat.
Ik moet gewoonlijk heel bewust on a journey. A quest. Schepen moeten eerst worden verbrand, banden verbroken, doelen gesteld, en boeken geschreven.
Want niets wordt overwonnen zonder er minimaal één boek over te schrijven.
Nou dat heb ik helemaal niet gedaan.
Ik heb eind vorig jaar een Engelstalig dagboek geschreven over twee mannen waar ik verliefd op was, en nu dus 7-Figure Rock Star Writer over dat ik dat ga worden.
Maar verder sukkelde mijn depressie gewoon door en kwam ik niet veel verder dan: “Geen domme dingen doen.”
Er zat niet bepaald power achter mijn genezingsproces. En nu blijkt dus dat dat ook helemaal niet nodig is. Want poef! Foetsie depressie!
Vanmorgen zat ik in de stad te werken, onder genot van koffie. Oh! Wacht! Dat is het enige dat ik wél anders doe nu!
Ik heb geen enkel werkschema meer!
Dus op deze doordeweekse woensdagmorgen zat ik in een café met koffie en appeltaart lekker in mijn notebook te schrijven, en te bedenken wat ik vandaag eens zou gaan doen.
En ik kreeg helemaal zin om te gaan werken (!!), als straks mijn vier boeken af zijn.
Liever word ik natuurlijk 7-Figure Rock Star Writer, maar als ik gewoon moet werken?
Geen probleem.
Ik weet ook al wat ik wil, broad strokes, en ik dacht:
“Ja maar dan wil ik zeker niet meer die voorraad boeken in huis hebben. Straks ben ik een werkende dame, en dan ga ik geen boeken meer verkopen. Die ga ik nu verkopen.”
Dus ik begon te denken over hoe en wat.
En toen kwam ik erop uit dat ik vandaag (via deze post) “Mango” ging verkopen.
Mijn debuut!
En WAT voor een debuut!
Als je het nou hebt over transformerende reizen, waarbij ik mezelf écht overtroffen heb, dan is het “Mango”.
Kijk, ik snap best dat je misschien denkt dat ik als vrije seksgodin geboren ben (tenminste, dat zou ik wel heel gepast vinden) maar dat dreigde in de jaren 80, he-le-maal in de soep te lopen!
Het decennium waarin ik puberde werd geteisterd door angst voor aids, en de net veroverde seksuele vrijheid van de jaren 70 werd samen met de illustere kleurencombinatie bruin, oranje, paars, heel erg snel naar buiten geknuppeld.
Naast punk, krakers en werkeloosheid blonken de jaren 80 namelijk ook uit in tuttigheid en burgerlijkheid. Aids werd wat zwangerschap was geweest tot de pil kwam:
Een manier om meisjes braaf te houden.
Achteraf gezien was ik dan ook niet zozeer bang om aids te krijgen, en dood te gaan. Maar om niet meer geaccepteerd te worden, en dat niemand meer van me hield, basically omdat ik seks had gehad.
Mijn “aids-fobie” was niet zozeer smetvrees of hypochondrie, maar een sociale fobie, in een tijd dat dit nog helemaal niet hip was.
En mocht je nu denken: “Ja maar, ik ben ook opgegroeid in de jaren 80, en ik heb dat heel anders ervaren.”
Gelukkig maar.
En ik had ook in Afrika gewoond, dus ons gezin kreeg daar ook nog een soort backlash van. Dat we achteraf hoorden dat aids in onze achtertuin begonnen was zal de voorlichting er bij ons thuis ook niet vrolijker op hebben gemaakt.
Maar dat kreeg ik dus als puber voorgeschoteld.
En het heeft tot 2006 geduurd voor ik me er los van kon maken, en de wijde wereld in kon trekken om uit te vinden wat ik nou wél was.
Wat ik nou zelf wilde, seksueel gezien.
En of ik alsnog de boel recht kon breien en een seksuele godin kon worden of dat dat schip al gevaren was.
In het eerste jaar van mijn reis, van mijn single zijn, schreef ik een novelle:
Mango.
Over een meisje dat is opgegroeid in Afrika, alleen woont met haar moeder, en het allemaal maar een beetje moet zien te rooien.
Ondanks die eerste cut die pretty deep was, en niemand die zag, omdat ze allemaal vastzaten in hun eigen angsten.
Ze was echt alleen.
Kijk, dat ik daar van genezen ben?
Dat zie ik wel.
Daar heb ik hemel en aarde voor bewogen, om alsnog het seksleven te krijgen waar ik voor geboren ben.
Maar hoe ik vandaag genezen ben, van mijn depressie?
Geen idee.
Maar de cut zal in elk geval een stuk minder diep zijn geweest.
Ja, cut me baby!
Bestel
Mango, een novelle €15* Seksuele safari, van de jaren 80 tot de zero’s.
of
HBB Het Boek Benjamin €45 Verzameld werk inclusief Mango en 5 Engelstalige dagboeken
Beschrijvingen staan hieronder.
Mail je bestelling naar: Lauren info@lsharteveld.nl of stuur me eenbericht via Facebook Mocht je me onder mijn echte naam kennen dan mag je daar ook je gegevens naartoe sturen. And now that we’re at it! Mijn rekening is ook onder mijn eigen naam,
want ik heb geen zakelijke rekening.
Wie zakelijk wil doen kan direct bij mijn uitgeverij bestellen–
Daar hebben ze ook bonnen, facturen enzovoorts. Echt voor grote mensen.
Wij doen gewoon boekwinkeltje spelen, hier.
Dus, wil je boekwinkeltje met mij spelen,
mail me dan je adres en onder welke naam je hebt overgemaakt
naar info@lsharteveld.nl
en maak €15 (First Cut – Mango)
of € 45 (First Cut – HBB)
over naar mijn bankrekening
NL71 RABO 0375 8681 51
ten name van S.L.Beenackers
En dan stuur ik de boeken zodra het geld is bijgeschreven.
BESCHRIJVINGEN MANGO & HBB
Ik verkoop vandaag mijn “first cut” boeken, Mango en Het Boek Benjamin; mijn verzamelde werk waar ook Mango inzit.
Mango, een novelle €15 Seksuele safari, van de jaren 80 tot de zero’s. Een stoer, technisch meisje groeit op met alleen een moeder, in de roerige jaren 80. Roken is nog van alle leeftijden, drinken idem, en seks ook zolang je bestand bent tegen voorlichtingsfolders over aids waarbij het woord AIDS in bloedspatten is geschreven. Dat blijkt helaas teveel van ’t goede. Vermengd met een verleden in Afrika, en een overleden vader, ontwikkelt deze arrogante tiener een angststoornis waar geen psycholoog haar bij kan helpen. Maar ze blijft aangetrokken tot mooie jongens en homoseksuele mannen.
“Mango” is ook opgenomen in mijn verzamelboek Het Boek Benjamin:
HBB oftewel, Het Boek Benjamin €45 Verzameld werk inclusief 5 Engelstalige dagboeken Een meisje vrijt met een jongen en een homoseksuele man. Naast het overweldigende verlangen, is ze zich hyper bewust van de risico’s. Zal haar lust het winnen van de angst? Zo opent het magnum opus van LS Harteveld. Na de coming of age novelle Mango, duik je in het dagboek van een yoga docent. En hier blijken de fictieve karakters uit Mango bestaande personen. Benjamin keert zelfs boek na boek weer terug. Maar wat is de waarheid? En wie is Benjamin? Het laatste boek gaat over haar affaire met een getrouwde man die ze Mr. Big noemt. Waardoor de vraag rijst; Is hij Benjamin? Heeft LS Harteveld haar muze in bescherming genomen en zijn identiteit veranderd? Of heeft ze een nieuwe liefde gevonden? Een vrouw leunt over een tafel. Ze is naakt, op haar blinddoek na. Haar minnaar rekt haar grenzen op tot het uiterste van wat nog passend is, in dit spel der geesten. Misschien gaat hij eroverheen, dat blijft in het midden. Maar 25 jaar na de eerste scene, is één ding duidelijk; de lust heeft gewonnen.
Dit wordt zo n ongelofelijke hack job! Je ziet het er waarschijnlijk niet aan af maar ik doe zo zes uur over deze Zeg maar Lauren blogposts.
En nadat ik verregend als een nat konijn thuiskwam heb ik eerst nog een uur met mijn vriendin Marieke in Amerika gebeld.
Dus nu is het al 19.00 uur.
Over drie uur moet de computer uit! En dan bijtijds naar bed, zodat ik morgen weer fris en fruitig ben voor de nieuwe werkweek. Dat betekent dat ik drie uur heb om te schrijven over:
– twee vintage sales
– twee Nijmeegse vintage muren
– twee mannen die allebei nog sneller praten dan ik
– twee nieuwe hippe koffietentjes
– friet bij Credible
– en één verloren biggetje. Dus laat ik maar snel beginnen.
Atomic Blonde (2017)
Gisteren ben ik met fotograaf Sjaak Snetselaar op het Honigterrein geweest om foto’s te maken voor mijn Berlin 1989Atomic Blonde inspired photoshoot. Dit was de tweede keer, want van de eerste keer zijn de foto’s verloren geraakt.
En pas toen ik vandaag in de stromende regen, voor de derde keer in 24 uur (!!!) weer over de Waalbandijk fietste (dit keer op zoek naar mijn verloren biggetje) met een in de haast aangeschafte windvaste paraplu van €5 van het Kruidvat die al drie keer binnenstebuiten was geklapt, pas toen dacht ik:
Natuurlijk.
NATUURLIJK zijn die foto’s die we DAAR gemaakt hebben kwijt.
Net zoals ik NATUURLIJK mijn pluche biggetje DAAR kwijtraak.
En om 10 uur s ochtends DAAR op een vintage sale-per-kilo sale sta, die ik niet eens betreed omdat ik daar helemaal niet wil zijn.
Natuurlijk.
Natuurlijk.
Natuurlijk.
Want het was allemaal op de Honig!
Na de sluiting van de fabriek in 2012 is er bij gebrek aan beter, én bij aanwezigheid van recessie, besloten aan de tochtige rand van de stad naast de Waal, tijdelijke, hippe bedrijvigheid te openen.
En nu willen die natuurlijk niet meer weg.
En voor de bewoners in de nieuwbouw is het óók leuk dat er voorzieningen zijn. En ze niet net als andere nieuwbouwwijken tot in de lengte van dagen verstoken blijven van stadse gezelligheid.
“De stad” komt zelfs naar de Honig toe, zo gezellig is het er!
Behalve ik dan, want ik vind de Honig stom. En ik ga bijna nooit naar een horeca gelegenheid buiten het centrum.
Dus toen mijn fotograaf voor de shoot de Honig voorstelde als locatie waar ze een mooie muur hadden, had ik direct moeten zeggen:
“Ik heb heel slecht karma op de Honig, dus ik weet niet of we dat wel moeten doen!”
En toen ik een date ging maken met mijn vriend De Archeoloog en ik zei dat ik de hele zondag kon, en alleen om 10 uur s ochtends naar een vintage sale wilde (“Maar dan zit jij toch nog in de kerk,” grapte ik) en hij onverwacht zei:
“Dan ga ik mee!”
Toen had ik moeten zeggen:
“Disclaimer, de vintage sale is op de HONIG! Dus waarschijnlijk wordt dat niks!”
Maar pas toen ik om vijf uur met de angst om mijn hart dat ik Cookie kwijt was, in de stromende regen over de effing Waalbandijk fietste, op zoek naar mijn pluche vriendin, viel het kwartje.
“Kind, wat doe jij een heel weekend uitgerekend op de Honig?!”
Gisteren was ik er dus met de fotograaf, voor onze tweede shoot.
En vanmorgen om tien uur fietste ik met De Archeoloog weer over de Waalbandijk.
Ik wapperde met mijn hand richting wat ik “het Rotterdams Kwartier” van Nijmegen noemde.
Rondom de Waalhaven en op de plek waar de Gelderlander stond.
Het is helemaal herbouwd met sjieke appartementen zonder balkons en met ramen die niet open kunnen. Zo trending dat zelfs Loetje, de Amsterdamse biefstukformule, er wil zitten.
“Daar om de hoek bij Loetje zit een nieuw koffietentje,” zei ik tegen de Archeoloog. “Het heet Blommers. Dus als je het niet meer volhoudt bij de vintage sale, dan moet je zeggen: “Ik ga koffiedrinken.” En dan vind ik je hier weer.”
Maar dat bleek niet nodig.
Het was andersom; Ik hield het zelf niet vol.
Om te beginnen stond er een rij bij de vintage sale.
Hierdoor hadden we ruim de tijd de schoonheid van het terrein te bewonderen want ik heb namelijk een zwak voor lelijke gebouwen.
Talis gebouw op de Honig
Met name het Talis gebouw: een jaren 70 gebouw met donkere spiegelende ramen. Geweldig!
De andere locatie waar we gisteren foto’s hadden gemaakt, was hiermee vergelijkbaar:
Metterswane, recht tegenover station Nijmegen.
Het deed me denken aan het inmiddels gesloopte communistische cultuurhuis Palast der Republik in het voormalige Oost Berlijn. Ook het gouden gebouw Metterswane bij het station wacht de sloopkogel, en de Archeoloog dacht dat de kans groot was dat het Talis gebouw er ook aan zou gaan.
Eeuwig zonde.
Die jaren 70 architectuur is uiteraard een acquired taste, en not for the faint at heart, maar ik zie het als een grote fout dat deze periode zo gewetenloos gesloopt wordt.
Hier gaan we echt spijt van krijgen.
Na deze architectonische analyse was de rij voor de vintage per kilo sale opgeschoven en zag ik dat je bij de ingang je tas, jas, of spullen in moest leveren.
En ineens was ik er nu al klaar mee.
Het zal heus wel getriggerd zijn door dat inleveren van je spullen (waar moest mijn biggetje Cookie dan blijven?), én ik vond de muziek die ze draaiden en die zo hard stond dat hij buiten te horen was ook niet leuk.
Maar ik werd me vooral ineens heel bewust van de sfeer.
De energie van heel veel vrouwen in een kleine ruimte die hetzelfde leuk vonden als ik. Ik kreeg 50 Shades of Grey première flashbacks!
{ meer lezen: 50 Shades of Hell bij Ladies Night }
Een ervaring die ik ook had beëindigd nog voor ik er goed en wel aan was begonnen.
“Kom we gaan,” trok ik de Archeoloog aan zijn mouw.
Maar die wilde daar helemaal niets van weten.
Hij was net lekker gemaakt door mijn belofte dat er daarbinnen kleding was die 30 jaar geleden in de mode was.
Bovendien was ik degene geweest die hem op dit onchristelijke tijdstip uit zijn bed had gehaald om als eerste bij de vintage sale te zijn, dus ik stond niet erg sterk.
We gingen naar binnen.
Maar toen greep God in, wat echt heel bijzonder was, want die komt normaal niet op de Honig. God is overal, maar daar niet, dat weet ik echt zeker.
Maar nu vond zelfs hij het welletjes.
De engeltjes bij de entree (die echt heel erg lief waren, ik kan niet anders zeggen) vertelden ons namelijk dat het pas om 11 uur begon.
Er was nu alleen Early Bird.
Daar had je je apart voor aan moeten melden.
Dat wist ik, want dat had ik zien staan! Maar desondanks had ik begintijd 10.00 uur in mijn agenda gezet. Dus nu legden ze uit dat we ons op hadden moeten geven, en dat we dan voor €5 naar binnen hadden gekund.
Opgelucht ritste ik mijn rugzak weer dicht.
Blij dat ik geen beslissing hoefde te maken welke bezittingen ik al koopjesjagend in mijn hand moest vasthouden. Mijn forse portomonnee, mijn telefoon én Cookie waren allemaal belangrijk voor me.
Maar gelukkig mochten we er niet in. Tas dicht, omdraaien en klaar.
Maar dat ging zomaar niet!
“Als we nou €5 betalen, dan kunnen we toch naar binnen?” zei de Archeoloog die zijn portemonnee al uit zijn binnenzak haalde.
Ik zuchtte diep en ik denk dat ik ook gromde.
Opnieuw werd van hogerhand ingegrepen.
Ze zaten al op het maximumaantal Early Bird reserveringen en waren niet omkoopbaar. Tenminste, ik bleef niet lang genoeg om dat uit te vinden.
“Je gaf wel snel op hoor,” zei de Archeoloog, die nog netjes afscheid had genomen van de dames. “Ik was net lekker op dreef.”
“Ik trek dat gewoon niet, al die vrouwen.”
Ik kon nu eindelijk mijn hart luchten want het plein tussen de gebouwen was uiteraard (zoals ik al zei!) door God verlaten.
“Ik voel mijn energie gewoon uit me lekken tussen zoveel vrouwen. Dan moet ik denk ik de rest van de middag gegangbanged worden, om dat nog goed te krijgen.”
Als ze nou allemaal een man mee hadden genomen, dan had het nog wel gekund. Niet die gangbang bedoel ik, maar dan was de energie 50/50 geweest.
Dat is wel oké.
Maar ja, ik kon t ze niet kwalijk nemen, want de Archeoloog was ook geleend. Die was ook niet van mezelf.
“Kom we gaan even kijken naar het fort!” zei de Archeoloog, die toch niet meteen rechtsomkeert wilde maken naar de koffiebar achter Loetje.
“Het fort staat daar!” Wees hij trots naar een bouwplaats met gravers, heuvels, zand, en een hek dat openstond.
“Tenminste als je weet waar je moet kijken.”
De strijd om de Romeinse resten hadden de archeologen verloren van de projectontwikkelaars. Ze hadden hun woningen tot op de centimeter diep de grond in geheid, nét boven de bodemschatten.
Nét boven de grens dat er kostbare maanden verloren zouden gaan aan archeologisch onderzoek.
Maar het fort lag veel minder diep, en hier boekten de archeologen meer succes.
De muren van het fort waren altijd zichtbaar gebleven, vanaf de waal. Ze vormden de kade.
En nu lag ook de binnenkant bloot.
Er zou een park komen, een groenvoorziening waar stukken van het fort zichtbaar zouden blijven.
Na deze excursie wilde de archeoloog ook nog achter de Honig doorfietsen, precies de plek waar ik de foto’s had laten maken gisteren. Bij Klein Berlijn.
Als de Waalhaven het Rotterdams Kwartier is, dan is de muur achter de Meesterproef bij de Honig, Klein Berlijn.
Zelfs de stroken betonnen pre-fab muur zijn even breed.
de muur met het Berlijns allure, waar ontsierende plantenbakken voor staan (rechts nog net in beeld) foto Sjaak Snetselaar
Ondanks mijn gesputter (“Honig! Boehoe!”) had ik de fotograaf dan ook achteraf uitvoerig bedankt voor zijn suggestie!
En voor het vasthouden daaraan, ondanks mijn gezeur.
De locatie was geniaal om mijn Berlijnse vintage foto’s te maken.
Behalve dan dat we om de plantenbakken heen moesten werken.
Hoe kwam het dat ze uitgerekend deze charmante muur van plantenbakken dachten te moeten voorzien?
De Archeoloog wilde terugfietsen langs deze muur, en ik vond het best.
Zolang ik maar niet terug hoefde naar de vintage sale.
Bij de muur aangekomen vertelde hij over de Honig silo, en welk stuk van de fabriek beschermd was omdat het was aangemerkt als industrieel erfgoed.
En ineens zagen we dat hier ook een heel leuk koffietentje was.
“Zullen we hier gaan zitten?” zei hij, of ik, of allebei.
En ineens gilde ik:”OMG DAT IS HETZELFDE TENTJE ALS BIJ LOETJE!!!”
Beide waren Blommers café. Ik herkende ze aan de Duitse adelaar, wat ongetwijfeld voor whomever dat logo had bedacht geen Duitse adelaar was, maar wat koren op de molen van mijn Berlijn fetisj was.
We gingen naar binnen, en vintage heaven just opened its doors!
Fantastisch!
Zo leuk ingericht.
Met chesterfield banken en schoolstoeltjes. Jaren 70 salontafels en een prachtige industrial look all over.
De Blommers in het Rotterdam Kwartier op Kaaisjouwerskade, waar ik de dag daarvoor door mijn fotograaf mee naartoe was genomen, was modern en urban.
Maar Blommers op het Honigterrein was balsem voor de ziel voor iedereen die net door ingrijpen van hogerhand een sale-per-kilo heeft gemist.
Super!
We zaten er tot diep in de middag.
De Archeoloog en ik dronken heel veel koffie, die ik allemaal weer vergat af te stempelen op mijn Blommers stempelkaart. Ik heb er nu vier gedronken, en zes afgerekend, en nog steeds een lege spaarkaart. Maar niets kon de pret meer drukken.
We aten hetzelfde overheerlijke appelgebak als ik gisteren met de fotograaf had gehad. En ook nu weer koos ik voor de mildere koffie met citrustonen, en mijn date voor de robuustere soort.
Toen ik zat te speuren naar een alcoholvrij biertje vroeg ik aan de Archeoloog of hij misschien wist wat gemberbier was.
“Dat is heel lekker, maar er zit wel zo’n kick in,” antwoordde hij. “Net als echte gember. Je moet ervan houden.”
Ik stelde hem gerust dat ik iedere dag minimaal één gemberbol zo los uit de pot eet, dus dat ik wel iets kan hebben.
En nu lust ik dus ook gemberbier.
We braken de zitting op, en ik fietste veel te lang mee met de Archeoloog, omdat we nog steeds honderduit aan het kletsen waren.
Uiteindelijk sloeg ik af bij het gouden gebouw tegenover het station, richting binnenstad.
Want ik had namelijk een middagprogramma bedacht!
Om mezelf te troosten dat ik geen vintage sale had gehad, en misschien ook om mezelf te overtuigen dat het écht een kwestie van gevoeligheid voor het publiek was geweest, en geen hekel aan vintage – ging ik naar een winkel hier in Nijmegen die ik al heel lang wilde zien.
De vintage shop Fabrics & More, in de Derde Walstraat.
Een daar was alles zoals ik het graag heb!
Ze draaiden leuke muziek (een live concert van de Rolling Stones), het rook er lekker, en het was er rustig en ruim.
Binnen een half uur had ik een eighties zonnebril; eighties ski-handschoenen in mijn favoriete kleuren wit met rood; een prachtige rode leren handtas én een praktisch nieuwe zwarte leren rugzak van een nog zwaardere kwaliteit dan die ik in de jaren 80 als schooltas gebruikte.
Ik was spontaan verliefd op zijn robuuste uiterlijk!
“Op deze stond geen prijs” gaf hem af bij de kassa. “I think I m fucked!”
Ik kneep mijn ogen dicht omdat ik niet wilde nadenken over hoeveel pijn deze prijs ging doen.
“Hij is € 40,” zei ze.
Wat me honderdduizendprocent meeviel, als dat wiskundig mogelijk was geweest dan.
High van mijn leuke dag én de tas met vintage aankopen ging ik naar Credible voor frietjes, nog meer gemberbier, en lekker in mijn notebook schrijven voor dit blog.
Which reminds me – ik zal er eens even inkijken of alles nou in dit blog staat.
Oh! Alleen de piramide van Geops niet.
Ik had de archeoloog verteld dat ik de eerste Nederlandse 7-Figure Rock Star Writer wilde worden, naar aanleiding van een artikel uit de krant over de malaise bij Nederlandse schrijvers.
Dat het mij al snel duidelijk was geworden dat je in elk geval niet het reguliere pad moest bewandelen, maar radicaal iets volledig nieuws in moest zetten.
Ik had berekend dat er in Nederland precies plek was voor één 7-Figure Rock Star Writer.
En die was er nog niet, dus dat werd ik.
Maar als je naar mijn aanpak keek, dan zag je niets wat anderen deden.
“En het is zo tof!” zei ik. “Want als ik faal, dan heb ik gefaald om een 7-figure Rock Star Writer te worden. Maar dat is veel minder erg, dan dat je gefaald hebt om €20.000 per jaar verdienen.”
Dit was een verwijzing naar het artikel waarin had gestaan dat er 123 Nederlandse schrijvers een krappe €20.000 per jaar of meer verdienen met de verkoop van hun boeken.
“Jouw aanpak is als de piramide van Geops,” zei de Archeoloog.
En hij vertelde hoe iedereen zich stond te verdringen om de Koningskamer, en hoe de “entree” er naartoe tot in den treure werd geanalyseerd.
Maar dat daarachter, als je naar beneden ging, een Koninginnekamer was.
Hier was vrijwel niets over bekend.
“De weg naar beneden, is de weg omhoog,” zei hij.
En we spraken over Jezus en van Gogh.
Wanneer de weg naar beneden niet eindigt in gered worden, en ook niet in 7 Figures, maar in de dood.
Tijdens mijn gesprek met Marieke uit Amerika was ik nog steeds door het dolle heen van mijn leuke dag én van de kers op de taart;
Cookie stond gewoon thuis.
Nadat ik vanuit Credible in paniek mijn hele route terug had afgespeurd op zoek naar Cookie – langs Fabrics & More, Blommers, en zelfs de vertrekkende dames van de vintage per kilo die me ook niet verder konden helpen – was ik naar huis gegaan waar Cookie op het plankje van de hal op me wachtte. “Ik ben zo blij dat ik Cookie weer heb!” stuiterde ik aan de telefoon.
“Ach, zij wilde gewoon ook niet naar die vintage sale,” zei Marieke.
Dat vond ik een plausibele verklaring.
“Ik denk dat zij ook meer met mannen heeft,” zei ik.
Ook vertelde ik Marieke dat de vermissing van Cookie eigenlijk de druppel was. Want dat ik gewoon veel eerder had moeten inzien dat ik niet naar de Honig moet gaan.
“Want weet je nog, dat we daar jaren geleden waren?” herinnerde ik Marieke aan een middag op één of andere eetmarkt die we helemaal verkleumd hadden doorgebracht.
“En dat er een rij van meer dan een half uur stond bij de koffie?”
Marieke wist dat nog precies.
“Maar dat was de Vasim hoor.”
Je kunt mijn dagboeken en erotica bestellen bij de uitgever.
Nadat je je eerste boek in het karretje hebt gelegd, kun je met de vlag rechtsboven de winkel Nederland selecteren.
Sinds gisteren volg ikeen account dat voor Twitter een Nijmeegs jaren 80 feestje organiseert. Nu ben ik toevallig dol op de jaren 80, maar ik hou absoluut niet van feestjes. Ook via Twitter spreek ik uitsluitend één op één af, en op mijn eigen initiatief. Ik ben difficult en complicated in de sociale omgang, op een niveau waarvan je helemaal niet wist dat difficult en complicated bestond.
Tenminste…als het gaat om dingen die alleen voor de gezellig zijn! Zoals daten of vriendschap. Maar als er een lezing of een voorstelling is, dan vind ik het ineens veel vaker leuk om te komen. En waarschijnlijk word ik dan je grootste fan, en ga ik erover schrijven. Bijvoorbeeld op dit blog Zeg maar Lauren, waar ik de afgelopen maand over Bohemian Rhapsody heb geschreven (die ik inmiddels 11 keer heb gezien); Ik heb over Carl Cederstrom geschreven, na een lezing in de Lux, maar dat was op mijn Engelstalige blog; En ik heb ook heel veel over columnist-met-inhoud Menno de Bree geschreven. Of filosoof-met-humor Menno de Bree. Het is maar hoe je het bekijkt.
Maar om jaren 80 feestjes geef ik niks, want ik hou gewoon niet van feestjes. Bij het Nijmeegse Boekenfeest bijvoorbeeld (waar ik überhaupt niet meer kom omdat ik dat intellectueel niet bij kan benen) haak ik echt af op het moment dat rond middernacht de voetjes van de vloer gaan.
Maar dat account op Twitter, dat dat jaren 80 feest organiseert? Het enthousiasme spat er vanaf en dat is aanstekelijk! Zo staat er in de gepinde aankondiging van de editie op 9 maart: “Let wel! Van deel 1 zijn nog niet alle lichamen geborgen.”
Envanmorgen Twitterde het feestaccount: “Al dansend en springend begin ik de dag! Bijna 80stweetpartwee! Ik kan niet wachten!”
En het is dit enthousiasme, dat ik de laatste maand, jaren, mijn hele fucking leven, gemist heb in BIJNA ALLES. Gisteren nog, kreeg ik een mailtje terug van iemand;
bij een organisatie; – die ik beide heel discreet niet zal noemen-
die Menno de Bree geen optreden in Nijmegen wil geven. En ik heb hartelijkere brieven gekregen van de belastingdienst.
Zelfs de afwijzing van mijn bloedeigen manuscripten, van een uitgever die ik vorig jaar heb aangeschreven, was nog prettiger om te lezen. Uit de afwijzing van de uitgever sprak tenminste nog een soort Het Bureau-achtige levensmoeheid. Van een club mensen die je niet met goed fatsoen kunt lastigvallen met een done-for-you tweetalig oeuvre en een plan om de wereld te veroveren.
Daar kunnen ze echt niet aan beginnen.
Er moet ook nog gewoon gewerkt worden. Dat. De afwijzing voor de lezing, die dus niet eens voor mezelf was maar een eerste poging om Menno de Bree naar Nijmegen te halen, wist mij in zes woorden bovenop de kast te krijgen. De stoom spoot uit mijn oren, en ik had een FUCK THAT SHIT MOMENT van jewelste. Ik besefte ook meteen wat ik verkeerd had gedaan. Ik had na een email van Menno de Bree waarin hij zei het leuk te vinden weer eens naar Nijmegen te komen, nagelaten om te BESLUITEN dat hij naar Nijmegen kwam.
Yoda zegt het al:
“Do or do not. There is no try.” Ik bedoel, wat was mijn plan precies?
Dat ik voortaan iedereen die ik leuk vond, ging lopen pitchen bij de lokale cultuurhuizen of ze Pretty please een geweldige spreker in hun line-up wilden opnemen?
En zo fail-proof is dat niet eens, als het professioneel wordt georganiseerd.
Ik heb in bijna lege theaterzalen gezeten.
Ik ben naar boeksigneersessies geweest (dit laatste was overigens niet in Nijmegen, even voor de duidelijkheid) waar Nederlandse bestseller schrijvers zich doodverveelden omdat ze niets te doen hadden.
En dit was in de jaren 90 ook al zo, toen er nog veel meer gelezen werd dan nu.
Dus achteraf gezien rammelde mijn idee om Menno de Bree uitgenodigd te laten worden in Nijmegen, echt van alle kanten.
Maar de afwijzingsemail raakte een punt waar ik zoals gezegd mijn hele leven al aanstoot aanneem:
Het niet herkennen van enthousiasme.
En er zelfs uitgesproken negatief op reageren.
Als je een uitgever met een burnout bent, dan zei dat je vergeven.
Maar het is volgens mij een houding die gaandeweg genormaliseerd is.
Ik ben 15 jaar yogadocent geweest, en het meest aanstootgevende van dat beroep vond ik de RUST die ervan uit diende te gaan. Terwijl ik meer de behoefte voel mensen wakker te schudden dan om ze in slaap te sussen.
Want is het leven niet: Je wordt geboren; Je gaat keihard werken om er iets van te maken ; En je gaat dood.
Einde verhaal.
WAAR ZIT HIER RUST?!
Nergens toch?
Het allerbelangrijkste, om niet te zeggen het enige, dat ertoe doet in het leven is dat je als de wiedeweerga uitvindt waarom je op aarde bent. Uitrusten klinkt als een activiteit die noodzakelijk wordt zodra je NIET weet waarom je op aarde bent, en je daarvan moet uitrusten.
Bijvoorbeeld omdat je geld moet verdienen met stom werk.
Zoals het organiseren van lezingen, het afwijzen van honderd schrijvers per dag, of 200 kilometer moeten reizen voor een boeksigneersessie waar alleen LS Harteveld komt opdagen.
DAN heb je rust nodig.
Maar zo n leven dient heel goed overwogen te worden. Kosten-baten-wise. Want je staat gewoon al je energie in de plomp te gooien voor een pay cheque.
Zodra we eenmaal in de kinderen-hypotheek-tot-over-de-oren-in-de-verplichtingen fase zitten, dan is het gewoon te laat.
Dan begrijp ik wel dat je yoga nodig hebt.
Mijn oprechte excuses dat ik dat dan nu niet meer geef.
Maar ik geloof dat ik geschikter ben om mensen te gaan waarschuwen dat ze veel beter op moeten passen voordat ze hierin stappen.
Het is mijn visie dat er onnodig veel mensen achter hun zeven delen van Het Bureau eindigen, omdat niemand ons vertelt dat we ons nooit moeten binden tot we hebben ervaren wat het verschil is tussen een HELL YES, en een taking one for the team.
Het verschil tussen een HELL YES en een geen idee hoe lang ik dit volhoud maar als ik er genoeg bij drink dan kan t misschien nog een maandje lijden.
Een HELL YES en een als ik nou ga mediteren dan red ik het misschien net tot de zomervakantie.
En dat we tegelijkertijd God, die ons met de regelmaat van de klok een fantastisch avontuur voorzet, steeds afwijzen. “Nee komt nu niet zo goed uit.” “Dat organiseren we niet.” “Dat is niet netjes, want die en die persoon voelt zich dan gepasseerd.” ??????? DAN lig je dus iedere maandagavond op je yogamat om je energie in balans te brengen. Om te ontspannen. Maar als je avonturen beleeft en geweldige dingendoet, dan HOEF je helemaal niet te ontspannen. Dan heb je daar echt geen tijd voor. Het is niet zo dat ik geen empathie kan opbrengen voor wie hard moet werken in een baan die hij niet leuk vindt. Dat kan ik juist wel. Maar waar ik me met hand en tand en pen tegen verzet is het idee dat we dit normaal vinden.
Dat “het leven nou eenmaal niet alleen leuk is”.
En dan denk ik: Dat klopt!
Maar als je PURPOSE hebt, of enthousiasme herkent, of opspringt bij jaren 80 feestjes van €6 op 9 maart terwijl je niet eens van feestjes houdt,
DAN IS DAT JE LEUK.
DAT IS ENERGIE.
En ik weet dat ik moet stoppen met in blokletters schreeuwen, maar ik lag gisteravond in bed, en de email lag me nog steeds zwaar op de maag, en ik dacht gewoon:
Dit kan zo niet langer.
Ik moet NU opstaan en laten zien dat het anders kan.
Dat je net als die mensen van dat jaren 80 feestje, gewoon goud te pakken hebt als je goede zin krijgt, en je bloed voelt stromen naar allerlei delen van je lichaam die zich niet voor public display lenen.
En dat het ENIGE dat je in dit leven hoeft te doen is dat te volgen, en te connecten met andere mensen die dat ook doen.
En vooral NIET connecten met mensen die dat niet doen.
Dat ik als yogadocent 15 jaar heb moeten doen alsof ontspannen me een goed idee leek, dat is al erg genoeg. Maar dat ik nu ook als schrijver, mezelf wil inperken tot schrijven, en cultuur wil doorschuiven naar de cultuur people, en filosofie naar de lezingen people, enzovoorts?
Dat is niet alleen totaal zinloos, want die mensen voelen daar helemaal geen energie bij want het is niet hun idee. Dat is bovendien kei-stom, want ik ontzeg mezelf dan de energie.
Dan ben ik degene die tegen God zegt:
“Nou, die grote pot met filosofen, dat lijkt me wel heel leuk, maar dat komt me niet zo goed uit, want dat is mijn werk niet.”
“Al die knappe schrijvers, dat lijkt me wel heel leuk om daarmee van gedachten te wisselen, maar dat is mijn werk niet.”
“Al die Nijmegenaren die van die leuke dingen organiseren, leuk hoor, maar ik ga nu even achter mijn bureau 2000 woorden tikken want dat moet ook gebeuren.”
Straks heb ik nog yoga nodig man, als ik al die potten met energie en inspiratie ongeopend weer terugstuur naar boven.
En daarom heb ik besloten dat ik voortaan niemand meer doorstuur.
Als het klikt tussen ons, dan ben ik je host in Nijmegen of ik kom met mijn telefooncamera naar waar jij woont, en dan gaan we live op Facebook.
Ik noem het De Grote Purpose Show met LS Harteveld.
En misschien zijn er hier in Nijmegen wel mensen die het leuk vinden om De Grote Purpose Show met LS Harteveld te hosten en een café op 36 graden op de schaal van Richter willen aanbieden waar ik een gast kan ontvangen.
Een gast met wie het goed klikt, en die me minimaal één keer ongelofelijk aan het blozen maakt.
Een paar maanden geleden was ik bij Credible, en toen zat daar een vrouw samen met een man, en ze was zo cool!
Ha ha ha.
Heel ontspannen, ze had het over werk, en had duidelijk ergens een leidinggevende positie.
Ook de man die bij haar was vertoonde niet het kenmerkende, pleasende gedrag, dat bij een date te verwachten viel. Of bij iedereen die bij zo n geweldige vrouw aan tafel mag zitten, mind you.
Toen de man even weg was, sprak ik haar aan, en ze bleek een powervrouw van heb ik jou daar!
Met zulke mensen ga ik dan in gesprek, in De Grote Purpose Show.
En met Nijmegenaren natuurlijk.
De komende weken ga ik er een beetje over nadenken, maar als je ideeën hebt of te gast wil zijn in De Grote Purpose Show met LS Harteveld – op (live) video, of in het echt (in een zaal of café), neem dan contact met me op.
Zolang je me minimaal één keer laat blozen, lijkt me dat ontzettend leuk.
~Lauren/ LS Harteveld
. Over Zeg maar lauren
Ik schrijf hier voornamelijk over boeken van mooie mannen,
en films over stoere vrouwen. De subscribe staat op deze pagina, waarschijnlijk rechtsboven.
Je kunt mijn dagboeken en erotica zonder verzendkosten bestellen.
Nadat je je eerste boek in het karretje hebt gelegd, kun je met de vlag rechtsboven de winkel Nederland selecteren.
Gebruik code ONESHIP bij het afrekenen voor de gratis verzending binnen Nederland.
Gisteren kwam ik hem weer tegen op de bouwplaats; De man met de baard. We kwamen op elkaars pad toen ik heel moeilijk deed over het afstaan van mijn sleutels voor de verbouwing van mijn woning, en hij dit soort problemen blijkbaar geacht werd op te lossen.
Geen idee of dit uit hoofde van zijn functie was, of omdat hij de beste people skills had, maar onverwacht stond er een dik ingepakte man met een baard, een bril en een muts in mijn hal. Niet echt een killer outfit zou je zeggen.
Toch was ik zo blown away dat ik spontaan zijn naam vergat hoewel ik zeker weet dat hij zich voorstelde.
Meestal ben ik degene die haar hand uitsteekt maar dit ging op zijn initiatief. Waarschijnlijk stond ik nog naar lucht te happen.
Misschien was het een Pavlov reactie omdat ik die weken ook de serie van baard- en brildrager Martin Koolhoven volgde:
de Kijk van Koolhoven. Daar zit zoveel opwinding in dat je de Kijk van Koolhoven van de NPO alleen tussen 22.00 en 06.00 mag zien. Hoewel ik hem uitsluitend voor Martin Koolhoven kijk want ik heb een echte SBS6 filmsmaak. Of zelfs RTL7, de meer-voor-mannenzender met actiefilms.
Ik heb in elk geval niets met kwaliteitsfilms of obscure film genres.
Maar als Martin Koolhoven over Italiaanse giallo’s praat, dan hang ik aan zijn bebaarde lippen.
Op dezelfde manier heb ik in de jaren 90 (was het geloof ik) de allereerste serie van Jeroen Krabbé voor de Nederlandse televisie gevolgd. Volgens mij ging het over de geschiedenis van de schilderkunst in Nederland.
Vol trots vertelde ik aan mijn moeder dat ik een echte kunstserie volgde. Mijn ouders hebben tevergeefs geprobeerd mij cultureel te vormen, door mij in de zomers langs de meesterwerken van Europese musea te slepen. Dus ik wilde ze laten weten dat er toch nog iets van terecht was gekomen.
Het was opgenomen in het atelier van Jeroen Krabbé, waar hij dan in een schilderstuinbroek stond met zijn armen over elkaar, rustend op een stevige buik. Met warme stem verhaalde hij over Rembrandt tot Corneille.
Mijn moeder luisterde aandachtig en zei toen niet zonder liefde in haar stem:
“Volgens mij kijk jij meer naar Jeroen Krabbé, dan naar de kunst.”
En uiteindelijk denk ik dat we inderdaad moeten concluderen dat hun opvoeding in niet veel meer heeft geresulteerd (nou ja, noem het maar niets!) dan dat ik schoonheid in mannen kan zien.
Zij zijn mijn muzen.
Zonder mannen zou ik geen letter op papier krijgen en niets hebben om voor te leven. Ik zou op mijn knieën vallen voor God:
“Neem mij dan ook maar meteen mee!!”
En niet eens de moeite nemen er een blogpost over te schrijven. Which is saying something.
Het is niet alleen zo dat ik kunst alleen interessant vind als het door een aantrekkelijke man wordt gemaakt; Wat hij maakt is slechts een manier om hem te leren kennen.
De man zelf, is de kunst.
Dus dat ik met mijn mond vol tanden stond toen de opzichter, teamleider of projectcoördinator zich aan mij voorstelde, was niet zo gek.
Iemand hoeft voor mij geen kunstenaar te zijn. Il est l’art.
Dat ik weet dat hij een leidinggevende functie had, was omdat hij het had over “de jongens”.
Anyway, dat was dus maanden geleden. Mijn blown away moment met deze man van de bouwplaats.
Als een echte leider bezegelde hij onze vredesonderhandelingen over de sleutel met een handdruk en woorden:
“Ach ja, we moeten er toch gewoon een beetje uitkomen met elkaar.”
In de daarop volgende weken vertelde ik aan iedereen in mijn omgeving die ook eindeloze dramaverhalen moest aanhoren over niet functionerende radiatoren en talloze monteurs waar ik voor thuis moest blijven, ook het verhaal van de man met de baard:
“Dus toen ging ik zeuren over de sleutels en toen stond er ineens een hele leuke man in mijn hal!”
Het was een manier om mijn geëmmer waarmee ik mijn vriendschappen onder druk zette, toch op een positieve noot af te kunnen sluiten.
Verder had ik niet de illusie dat de stoere man en ik elkaar nou zoveel te melden hadden, maar ik vergat het incident ook niet.
Weken later kwam hij een bouwkeet uit, net toen ik daar rondliep met de bewonersbegeleider, die dozen en afdekzeilen voor me uit de opslag ging halen.
Ik groette hem, en hij groette vriendelijk terug, zonder teken van herkenning.
Maar ook zonder geïntimideerd te zijn.
Wat zo ongeveer de meest sexy manier is om mij een tweede keer tegen te komen.
Een soort:
“Pfoe, moet ik die ook weer groeten. Nou, t moet niet gekker worden hoor.”
Daar doe ik het heel goed op.
Dus met een 6 verhuisdozen, twee afdekzeilen en een fascinatie rijker liep ik in gedachten het bouwterrein af.
Niet alleen omdat hij glansrijk naar het volgende level ging (mannen die de tweede keer ook nog leuk zijn) maar ook omdat ik helemaal niet van baarden hou.
Waarom viel ik er dan wel op?
In de zomer van 2018 heb ik nog een filmpje gemaakt, met mijn oproep voor een tweede minnaar. Mijn eisen waren streng maar rechtvaardig:
Hij moest al een vriendin of vrouw moest hebben, want ik wilde geen hoofdleverancier zijn.
En hij mocht geen baard of snor hebben.
Dus waarom waren er dan mannen met baarden waar ik voor viel?
De eerste die ik me herinner was Jeff Bridges in de film The Big Lebowski.
De film is uit 1998 maar ik heb hem pas veel later gezien, dus dat zal begin deze eeuw geweest zijn.
De tweede leuke man met een baard was een date die ik in mijn blogs Hagrid noemde. We kenden elkaar via een datingsite, en ik viel in die tijd op gladde mooiboys.
Nog steeds eigenlijk wel, maar toen waren ze ook nog heel jong.
Hagrid viel dus totaal buiten de boot.
Bovendien had Hagrid een harem, waar ik ook niet zo van gediend was. Ik was er niet op tegen, en ik kon mijn vinger er ook niet precies opleggen wat het was, maar het sprak niet voor hem.
Achteraf zie ik dat het gewoon een hele praktische overweging was dat ik hem niet als potentiele partner kon zien, omdat ik dat soa-technisch te riskant vond.
Ik was ook herstellende van een soa-fobie, die me 17 jaar in vaste relaties gevangen had gehouden, en ik was nog lang niet klaar voor Hagrid.
En nee ook niet met condoom, want daar kan nog van alles langs of mee mis gaan, waar ik nog niet mee kon dealen.
Maar Hagrid maakte me ongelofelijk aan het lachen de hele tijd.
Ik herinner me dat we videocalls hadden.
Misschien via de datingsite, of MSN. Geen Skype in elk geval.
Maar ik herinner me ze nog, ook omdat zijn katten de hele tijd door het beeld liepen, wat natuurlijk ook vertrouwen gaf dat je misschien toch niet gegangbanged op de GHB zou eindigen. Maar ik vond het toch niet helemaal vertrouwd.
Ik vroeg hem of hij nog op date wilde nu hij wist dat hij mijn type niet was.
Hij antwoordde: “Ja, ik weet ook niet waarom, maar doe maar.”
Daar moest ik hartelijk om lachen.
Tijdens de date was ik toch wel nieuwsgierig wat al die andere vrouwen in hem zagen. Ook daar was Hagrid was daar heel laconiek over.
“Jij blockt je gevoelens gewoon.”
Nu, een jaar of tien later, zie ik dat hij gelijk had. En daarmee was Hagrid de eerste man met de baard die ik in levende lijve ontmoette, en waar ik gevoelens voor had. Al waren ze dan diep weggestopt.
Een andere man uit diezelfde periode was Jan Heemskerk.
Net als Hagrid een reus van een vent, hoofdredacteur van Playboy, en hij is inmiddels twintig of dertig kilo afgevallen, maar toen zat dat er allemaal nog aan.
En in all fairness, daar hou ik gewoon van.
Ik kan vast ook van een slanke Jan houden, maar rond 2010 ging het allemaal wel heel makkelijk.
Anyway, Jan heb ik alleen een keertje op een boekenpresentatie gezien, en daar was hij net zo leuk als op tv.
Dus Hagrid en Jan waren de mannen twee en drie, met een baard.
Dat was alle ervaring die ik had met mannen met baarden, daarna is het stilgevallen. En ik maak ook heel veel hipstergrappen waarbij ik rare gezichten trek, dus ik ben echt niet a bearded man’s best friend.
Misschien dus uiteindelijk niet zo verwonderlijk, dat ik in de videooproep van deze zomer, zei dat ik zonder snor en baard wilde.
Ook de man met de baard van de bouwplaats ontmoette ik pas eind 2018, dus ik kon niet weten dat er beweging zat in die hoek.
Gisteren kwam ik hem weer tegen.
Ik was op de bouwplaats om iets te bespreken met de bewonersbegeleider, maar haar keet zat op slot.
“Goedemiddag,” hoorde ik achter me.
Ik herstelde me redelijk snel ( Na: “Oh jij bent het hoooi!!!”) en legde uit waar ik voor kwam. Hij gaf me antwoord en zei dat het in orde zou komen.
“Hoef ik dat nergens doorgeven?” vroeg ik.
“U bent toch de mevrouw van nummer ( ) ?”
Ik knikte verbaasd. Ik stond er met een grote muts tot over mijn oren, een sjaal, een bril, en ik had een ski-jack aan waarin niemand mij ooit in gezien heeft, en die ook totaal niet lijkt op wat ik normaal draag.
Ik droeg een spijkerbroek en bergschoenen.
Ik zag eruit alsof de fashionpolice me tot diep in de Himalaya zou achtervolgen.
“Ja dat ben ik,” antwoordde ik, me ervan bewust dat ik me nooit meer zonder contactlenzen, hakken en dansende krullen op de bouwplaats mocht vertonen als ik mijn kansen ook maar enigszins open wilde houden.
Hij knikte dat het dan dus geregeld was.
In gedachte schoof ik hem door naar level 3.
~Lauren/ LS Harteveld
. Over Zeg maar lauren
Ik schrijf hier voornamelijk over boeken van mooie mannen,
en films over stoere vrouwen. De subscribe staat op deze pagina, waarschijnlijk rechtsboven.
Gisteren ben ik naar de film Bohemian Rhapsody geweest, in Lux Nijmegen.
En terwijl één kassamedewerker mij last minute nog een plaatsbewijs kon verkopen, vroeg zijn collega die me herkende, de hoeveelste keer het was dat ik de film ging zien. Ze gokte de vijfde. Niet zonder trots vertelde ik dat het de tiende keer was. Waarop een klein praatje volgde waarin er over en weer Oh’s en Ah’s vielen, posters werden aangeboden (Ja, graag, Lux Nijmegen!) en vluchtige analyses werden gedeeld. In die korte tijdspanne kon ik wel aangeven dat ik een poster als Bo-rap recordhouder erg leuk zou vinden, maar nauwelijks een verklaring geven waarom ik al tien keer was geweest.
Dat ik iedere keer weer een beetje met mijn mond vol tanden sta voor mijn Bo-rap elevator pitch, is ook omdat ik er al zoveel over heb geschreven. Ik ben namelijk een vrouw van heel veel woorden. And then some more.
Dus voor catchy oneliners over de film Bohemian Rhapsody moet je niet bij mij zijn.
Maar gelukkig voor ons allen, is de film daar zelf heel goed in.
Het script staat vol soundbites, waar directe bevrediging én een diepere betekenis in te vinden zijn.
Al naar gelang je behoefte.
Het script van de film staat niet online, dus de quotes kunnen onzuiver zijn.
Maar na tien keer kijken kom ik een heel eind.
Dit zijn de filosofische quotes van de film Bohemian Rhapsody
Fortune favors the bold
~advocaat Jim “Miami” Beach
*
No looking back. Only forward.
~Freddie Mercury over het veranderen van zijn naam
*
“I m not entirely sure if this is the record you promised us.” platenbaas Ray Foster
It’s better than the record we promised you.
It’s better than any record anyone has ever promised you.
It’s a bloody masterpiece.
~Freddie Mercury over A Night at the Opera
*
If I really have their attention, I couldn’t sing off-key, even if I wanted. I’m exactly who I was born to be.
~Freddie Mercury over optredens geven
*
I like you too, Freddie.
Come and find me when you decide to like yourself.
~Jim Hutton, die Freddie Mercury’s laatste partner zou worden
*
“You’re late.” Roger Taylor
I m a performer darling. Not a Swiss train conductor.
~Freddie Mercury
*
“Do you ever doubt your talent?” reporter
Of course not. What kind of stupid question is that? ~Freddie Mercury
*
Being human is a condition that requires a little anesthesia ~Freddie Mercury
*
You know when you know you’ve gone rotten, really rotten? Fruit flies.
Dirty little fruit flies, coming to feast on what’s left.
~Freddie Mercury beeindigt zijn relatie met Paul Prenter
*
“They just need a bit of time.”
Jim Beach
over wanneer de bandleden Freddie weer willen zien
Freddie Mercury: What if I don’t have time?
*
I don’t have time to be their victim. Their AIDS poster boy, their cautionary tale. No, I decide who I am. I’m going to be what I was born to be. A performer, who gives the people what they want. A touch of the heavens. Freddie fucking Mercury.
~Freddie Mercury
nadat hij heeft verteld heeft dat hij aids heeft.
*
All I know is that if we wake up the day after the concert, and we didn’t do our part,
we’re going to regret it until the day we die. ~Freddie Mercury
Over meedoen aan Live Aid. En het hele leven uiteraard.
Je kunt mijn dagboeken en erotica deze week zonder verzendkosten bestellen.
Nadat je je eerste boek in het karretje hebt gelegd, kun je met de vlag rechtsboven de winkel Nederland selecteren.
Gebruik code ONESHIP bij het afrekenen voor de gratis verzending binnen Nederland.
Over Zeg maar Lauren
Ik schrijf hier voornamelijk over boeken van mooie mannen,
en films over stoere vrouwen. De subscribe staat op deze pagina, waarschijnlijk rechtsboven.
Als er ooit iemand mijn werk analyseert, dan hoop ik dat het opvalt dat ik nooit recensies schrijf over films waar ik niks aan vond. Of nou dat is niet helemaal waar, want ik vond geen biet aan “Mother” maar heb er één, twee blog posts aan besteed op mijn alleroudste blog waar volgens mij niemand meer komt. Ik voelde me een beetje een slacker dat dit blog ondanks mijn keus fulltime schrijver te zijn, nog geen nieuwe posts heeft, en dat ik überhaupt niet weet wat ik ermee moet. Want al mijn Nederlandse posts plaats ik hier. En mijn Engelstalige dagboek op Lauren Harteveld punt com. Dus waarom zou ik mijn oude blog aanhouden? Behalve dan dat er nu nog posts opstaan die nog niet in boekvorm zijn verschenen, dus het is een soort magazijn. Anyway! Menno de Bree heeft een website waar alleen maar heel groot (wel heel mooi!) Menno de Bree opstaat; dus toen voelde ik me al direct minder schuldig. Blijkbaar als je heel leuk bent, en er provocerende meningen op na houdt, dan word je ook zonder website gevraagd. Mits! Mits je een gewone baan hebt, en voor je werk ook nog wel eens een congresje mag bezoeken, zodat iedereen je tegenkomt en denkt: “Wat een leuke vent die Menno! En dat voor een filosoof. Kunnen we hem niet vragen voor *vul in willekeurig event of programma* *vraagteken*” Menno de Bree werkt bij het universitair medisch centrum in Groningen, en daar profiteert iedereen van, want de columns over de werkvloer in zijn boek Het Eeuwig Tekort zijn een feest van herkenning.
Tenminste dat neem ik aan, want ik ben er vijftien jaar niet geweest.
Ik was yogajuf. Maar ik hou er rekening mee dat ik terug moet naar de werkvloer om mijn nieuwe bestaan als schrijver van whatever-the-fuck-I-want te financieren.
En wat is er dan leuker dan om te lezen dat je je werk ook met frisse tegenzin mag doen? Dat je collega’s “nutvrienden” zijn, en dat je dus met hen geen activiteiten moet ondernemen die voor je “genotsvrienden” zijn. Zoals borrelen of dagjes uit.
Niet (te) doen met collega’s. En van de lijst kwaliteiten waar Menno de Bree sollicitanten op beoordeelt word ik ook vrolijk. De kandidaat moet het hele leven als speelkwartier zien, en hard vanuit de onderbuik lachen om Gumbah. Een goed gevoel voor absurditeit is essentieel en “gezond verstand” absoluut uit den boze. Want dan kunnen ze iedereen wel aan gaan nemen bij het Universitair Medisch Centrum. Ook heb ik eindelijk iemand ontmoet met een nog groter wantrouwen naar trainers, mindfulness, en productiviteitscursussen, en een regelrechte afkeer van werkgevers in het algemeen. Een “doffe haat” die hij tot in de puntjes heeft leren koesteren in zijn twee jaar als neomarxist. Voor wie nog steeds de illusie heeft dat Menno de Bree ook maar enigszins te kneden is als werknemer, geeft hij ergens een korte omschrijving van zijn weerzinpunten: “Ik heb een enorme hekel aan pseudopositiviteit, eufemismen, als objectieve waarheden gepresenteerde persoonlijke voorkeuren, verborgen hiërarchieën, pseudowetenschappelijke bla bla, en kunstmatige opgedrongen gespreksvormen.” Dat er binnen een chique instelling als het UMC behoefte is aan mensen die schrijven waar ze zin in hebben, inclusief het fileren van de dynamiek op de werkvloer, dat is voor mij het beste nieuws van 2018.
Daar moet ik heel hard om lachen.
Vanuit de onderbuik.
In de jaren 90 had je een tekenfilmserie “Pinky and the Brain” Hierin gingen twee muizen op zoek naar world domination. Of nou, in elk geval één muis, The Brain. Dan vroeg Pinky: “What are we going to do tonight?” En antwoordde The Brain: “The same thing we do every night Pinky. Try to take over the world.” December 2018 zijn machtswellustelingen een stuk minder goed te herkennen, en inmiddels ben ik erachter dat ze vaker wel dan niet uiterst goed vermomd zijn. Zonder slecht te willen spreken over mijn geheime minnaar weet ik nog dat ik hem jaren geleden zei dat ik nooit iets met hem zou beginnen omdat hij een foute man was. Dit was ver voor ik wist dat ik eigenlijk uitsluitend foute mannen moet hebben, en andere soorten bij mij uit de buurt gehouden dienen te worden. Dat doen hun vrouwen meestal voor me, dus dat gaat vanzelf. Ten tijde van dit gesprek was het 8 jaar geleden dat ik mijn hart in vierhonderd stukjes bij elkaar kon gaan rapen, nadat een foute man en mijn inmiddels ex-beste vriendin erop hadden staan dansen. Ik had het niet zo op foute mannen. Mijn toekomstige minnaar voelde zich aangevallen door mijn vaststelling dat hij fout was, en drukte me op het hart, waar de lijmresten van de vorige keer nog aanhingen: “Je moet echt beseffen dat ik nooit iets tegen je zin in zou doen!” Waarop ik heel hard begon te lachen. “Natuurlijk niet!” zei ik. “Dat is voor amateurs! Jij rust niet voor ik zo gek op je ben, dat ik je smeek om me te nemen.” Machtsmisbruik zoals bij Pinky and the Brain herkennen we nog wel. En tegen mannen die iets tegen je zin doen, daar hebben de meesten van ons ook wel een beeld bij. Maar mannen die je regelrecht uit je broekje charmeren? Die je gierend verliefd maken met leuke grapjes, en geanimeerde gesprekken, en je zelfs zo gek krijgen dat je sympathie hebt voor hun persoonlijke situatie; Problemen op het werk, en thuis, en vijf bloedjes van kinderen uit een eerder huwelijk waar al alimentatie voor moet worden betaald. Helaas is er geen plek is voor jou, maar dat ligt niet aan jou! Want ze hebben er gewoon toch zo n puinhoop van gemaakt, ach, ach… DIE mannen sluit je in je armen. Want ze zijn zoveel leuker dan die betrouwbare heren die al zenuwachtig worden bij het idee een drankje met je te moeten gaan drinken. En saai zal het nooit worden, met zo n spannende man. Dus de muizen en de mannen; dat redden we allemaal nog wel. Ook zo n spannende maar erg leuke man zal door de meesten wel herkend worden als bad news. Sinds kort heb ik als hobby moeilijke structuren ontrafelen, tot je weet waar de kern zit. De kern is altijd hetzelfde punt, namelijk het moment dat je de verantwoordelijkheid, en daarmee de macht, uit handen hebt gegeven. En daarna ga ik strategieën bedenken om toch mijn zin te krijgen. Of wat gelukkig ook heel vaak voorkomt – strategieën voor iemand anders bedenken waardoor zij kunnen krijgen wat ze willen. Met name werkvloer situaties zijn daar heel geschikt voor, maar ik ben ook goed met relaties manipuleren. Het werkt eigenlijk altijd hetzelfde.
Stap 1 is: herkennen waar die ander je mee gijzelt
Waar ben je aan gehecht? Voorbeelden zijn: je baan, je inkomen, liefde, je eigenwaarde. Maar ook: aardig gevonden worden en een afkeer van het gebruik van methoden a.k.a. wapens die je niet gepast vindt om je gelijk te halen. Als iemand weet dat je een probleem toch niet doorlekt naar de pers, omdat je je loyaal voelt aan het bedrijf, dan is dat slecht voor je machtspositie. Als je partner weet dat je toch niet weggaat omdat je twijfelt of je nog wel ooit aan de man of vrouw komt, dan is dat slecht voor je machtspositie. Maar gijzeling kan ook van onder naar boven: Als jij gehecht bent altijd als Beste Werkgever uit de bus te komen, dan maakt je dat chantabel. Voor je het weet ga je sturen op individuele gevallen Dus ik laat je eerst zien waar je allemaal op manipuleerbaar bent, en waar die ander dus een staak tussen je wiel steekt. De snelste manier om controle terug te pakken, is door bereid te zijn alles te verliezen. Alleen dat geeft volledige vrijheid, en je trekt er de absolute macht mee naar je toe. Degene die het meest gehecht is aan een bepaalde uitkomst, betaalt de grootste prijs. Als het geen optie is je volledig van de uitkomst los te maken, gaan we na hoeveel je bereid bent te betalen voor de uitkomst. Wat is het losgeld dat je bereid bent te betalen aan de gijzelnemer.
Stap 2: het belang van de ander
Dit is ook een makkie. Want dit gaat altijd om het verkrijgen van, en de controle over, dingen die schaars zijn: Tijd, geld, liefde, macht, status. Bovendien heb je al een conflict dus heeft die ander je waarschijnlijk vaak genoeg duidelijk gemaakt waar jullie niet lekker matchen. Nu komt het aspect verborgen manipulatie om de hoek kijken! Want als je open en bloot ruzie hebt gemaakt, dan is dit meestal vrij snel duidelijk. Maar sommige mensen vechten door uiterst redelijk te lijken. Die weten het zo te draaien dat ze net doen alsof er geen tegengestelde belangen zijn, en er een soort hogere ethische waarden zijn, bijvoorbeeld “eerlijkheid”, “transparantie”, “loyaliteit”. Jesse Klaver die gebrek aan transparantie aanhaalde om het wegsturen van de twee medewerkers met de geheime affaire te rechtvaardigen? Don’t be fooled guys. Transparantie is een wapen, net zo hard als achterkamertjespolitiek dat is. Het één is niet beter of slechter dan het ander, en je hebt als partij alle wapens nodig. Dat Groen Links er twee de laan uitstuurden die juist heel goed waren in het discreet hun eigen agenda doorduwen, dat zal ze nog duur komen te staan. Wees dus altijd hyperalert als mensen met een gemeenschappelijk doel (een transparante partij) of gemeenschappelijk wapen (transparantie) aankomen. Net doen alsof er een eenduidige gemeenschappelijke agenda is, is pure manipulatie zodat jij je schuldig gaat voelen als je voor je eigen belang opkomt. Of je eigen geneugten nastreeft. Het kan dus zijn dat je bij punt 2, het belang van de ander, even uit het lood geslagen bent omdat het ontmaskeren van “jullie” gezamenlijke agenda voelt alsof je vrijwillig je linkerarm afstaat. Earth to deceived citizen: Er was helemaal nooit een gemeenschappelijke agenda. Dat ding was een rookgordijn zodat jij je eigen voeten niet eens meer kon zien, laat staan je eigen belangen. Oké, punt 2, de belangen van de ander? Hebben we die helder in termen van geld, liefde en tijd? In geval van Jesse Klaver was het dat hij geen controle had over hen én geen inschatting kon maken hoeveel kiezers de rug naar de partij zouden keren. Hij zag ook niet dat deze twee politici hun gewicht in goud waard waren. Met die twee had je de wereld kunnen veroveren, zoveel is duidelijk. Maar goed, ik zou zeggen stem gewoon op een Marianne Thieme de volgende keer en verder naar punt 3!
Stap 3. Bedenk 2 oplossingen voor het probleem van de tegenstander, beide met behoud van ego voor alle partijen,
Oplossing 1 is een gedeescaleerde versie van wat jullie nu hebben. Bijvoorbeeld Jesse zegt tegen het liefdespaar: “De meest voor de hand liggende oplossing is dat jullie beide de partij verlaten. Dan hoeven we ook niet tot in detail te analyseren, waarom dit mis ging, waar de verantwoordelijkheden van de partij in deze liggen enzovoorts. Dan gaan we gewoon uit elkaar. Wat gebeurd is, is gebeurd.” Alsof hij zich plotseling iets bedenkt leunt Jesse achterover. “Ik wil toch ook nog een ander voorstel doen! En ik heb dit nog helemaal niet precies uitgedacht, maar ik wil het jullie toch voorleggen.” En alsof hij het allemaal zo uit zijn mouw schudt, schetst hij een plaatje waarin de voormalig heimelijk geliefden een voortrekkers rol gaan nemen bij de partij. Ze worden de spindoctors van Groen Links, en creëren rookgordijnen voor alle moves die nog niet naar buiten mogen gekomen. Ze leren de hele partij over machtsbelangen en over diplomatie, van hoog tot laag. Het ja zeggen nee doen, wordt er onder gelach en soms een traan, in steeds terugkerende rollenspellen ingedrild, tot iedereen er zo bedreven in is dat ze de ganse kamer, en het volledige electoraat om hun poezelige groene vingertjes winden. Groen Links wordt de grootste partij van Nederland, en daarna de grootste van Europa. En zelfs Engeland komt vragen of ze misschien weer onder Nederland mogen vallen, omdat ze onze manieren zo prettig en verfijnd vinden. Wij zijn echte gentlemen, en ons accent klinkt zo charmant! Zo jolly allemaal! Mogen ze er please bij? Jesse is weer gaan zitten. Hij heeft zijn armen met de bekende opgestroopte mouwen op het bureau liggen, staart even naar de tafel alsof hij zelf ook onder de indruk is van zijn bevlogen speech, en schudt dan een lok uit zijn gezicht. “Ach, het was maar een ideetje. De keus is uiteraard helemaal aan jullie.”
~Lauren/ LS Harteveld
Ik schrijf over boeken, films en macht. De subscribe staat op deze pagina, waarschijnlijk rechtsboven.
“I decide what I want to be.” ~Freddie Mercury in Bohemian Rhapsody
Ik kom net uit mijn zesde Bo-Rap gerold, en had verwacht dat er nu toch wel scenes zouden zijn die ik niet nóg een keer wilde zien. De andere films waar ik dit jaar meerdere keren heen ben geweest, waren The Last Jedi acht keer, maar uitsluitend omdat ik verliefd ben op Kylo Ren. En Book Club voor Don Johnson, maar dat was na twee keer al niet meer te doen. Maar Bohemian Rhapsody? Die twee uur en 15 minuten vliegen voorbij! Zelfs de zesde keer. Hier, in no particular order, redenen waarom de film zo goed is:
muziek van Queen
Van Keep Yourself Alive tot Under Pressure: twintig jaar Queen komt voorbij. En de nummers worden meesterlijk gebruikt, waarbij de grote hits meestal drie opéénvolgende scenes krijgen. Dus in de eerste scene zie je hoe het nummer ontstaat, in de tweede zie je hoe ze het nummer laten horen, of loopt het op de achtergrond mee. En in de derde scene wordt het uitgevoerd op het podium. Ik vertel het nu heel statisch, maar de shots wisselen met duizelingwekkende snelheid, en de scenes rijgen zich moeiteloos aan elkaar, zonder een woord, of noot, teveel. Er lijken (voor mij als leek) onevenredig veel close-ups in te zitten, maar dat verklaart misschien waarom alle personages echt tot leven komen. Je zit de hele film bij ze op schoot.
Top cast, top script
Niet alleen de flamboyante Freddie Mercury, ook drijvende kracht gitarist Brian May, geniale drummer en tevens womanizer Roger Taylor en de stille maar zeer humorvolle John “Deacy” Deacon komen prachtig uit de verf. Mijn persoonlijke favoriet is de onderkoelde advocaat van de band, Jim Beach.
visie
Er is in de eerste jaren van de productie van de film ontzettend gekloot met acteurs en regisseurs, die een andere ideeën hadden over wat deze film moest zijn. Namelijk rauwer en “echter”. Het is te danken aan de visie van producent Jim Beach en mede-initiatiefnemers Brian May en Roger Taylor, dat deze film op deze manier gemaakt kon worden. Een film voor alle leeftijden, en je verlaat de zaal all hyped up alsof je een concert ervaring hebt gehad. De filosofie van de band iedereen een topavond te bezorgen, is nu toegepast op de film.
drama met gestrekt been erin
Ik kwam ergens tegen dat er kritiek was dat de film aan de oppervlakte bleef en je Freddie Mercury niet echt leerde kennen. Nou, dan denk ik echt, welke film heb jij gezien, darling? Van de eerste scenes waarin Freddie zich ontworstelt aan zijn conservatieve immigranten ouders, tot aan de scene waarin hij voor het eerst bloed hoest in een zakdoek, en hem wegstopt zonder iemand in vertrouwen te nemen dat hij ziek is; Freddie wordt geportretteerd als een man die boven alles, eerst artiest is. En dat is verrekte eenzaam.
alles is liefde
De belangrijkste relatie van Freddie Mercury was met zijn vriendin Mary Austin. Eerst als verloofden, en na zijn coming out werden ze beste vrienden en zijn dat tot zijn dood gebleven. Ze verzorgde hem samen met de laatste partner van Freddie, Jim Hutton. Deze twee relaties, met Mary en Jim, geven de film zijn begin en (happy) einde. De derde relatie die aan bod komt is die in het midden van de film, met Paul Prenter. Hij wordt neergezet als een slechte invloed op Freddie, die zijn drugs gebruik en promiscuïteit verergerden. Eén van de kritieken op de film was dat zijn seksualiteit onvoldoende aan bod kwam. Maar onder de “12 jaar en ouder” banner (Amerikaanse maatstaven), is er echt het maximale uitgehaald. Zowel Paul Prenter als Jim Hutton hebben een zoen scene met Freddie. En zijn promiscuïteit wordt gesuggereerd met beelden van een disco/kelder, rood verlicht, met dansende mannen in zwart leer. Freddie Mercury, slow motion verlekkerd om zich heen kijkend. Op de broeierige klanken van Another One Bites The Dust. Man, ik zou er zelf nog zin van krijgen.
Vlak voor het live aid concert vertelt Freddie Mercury de overige bandleden dat hij aids heeft. “I’m not going to be anybody’s victim, AIDS poster boy or cautionary tale,” zegt hij erbij.
En hij hield woord. Hij hield zijn ziekte tot een dag voor zijn sterven geheim. Geheel in de geest van Freddie is de bio-pic Bohemian Rhapsody dan ook allerminst een treurzang geworden, maar de viering van de grootste performer aller tijden. Freddie Fucking Mercury.
Het begon allemaal met een paar groene schoenen op Facebook. Nou staat groen, samen met bruin, op nummer 1 in mijn Top 175 van kleuren die ik nooit zou dragen, dus de kans dat dit verhaal goed afloopt voor de groene schoenen is redelijk klein. Toch viel ik meteen voor deze brutale laarsjes die naar ik aannam Italiaans waren. Ten eerste omdat ik mijn allerduurste schoenen, zwarte laklaarzen met naaldhakken, in dezelfde winkel had gekocht.
Het waren mijn LS Harteveld laarzen. Ik had ze gekocht voor het enige feestje dat ik ooit als LS Harteveld had gegeven. En dat was al 6 jaar geleden.
Ze hadden mij het gevoel gegeven dat mijn nieuwe leven als schrijver toen al zou beginnen. Maar het zou nog 5 jaar duren voor ik mijn tien boeken zou publiceren.
En dus nog 6 jaar voor ik, nu, kies voor het schrijverschap.
Maar die laarzen waren een voorbode. Ik voelde het al.
Nou en dié laarzen?
Die waren dus Italiaans. De tweede reden dat ik dacht dat de groene schoenen Italiaans waren was omdat de kwaliteit ervan af straalde. En de derde reden omdat ik ervan begon te kwijlen, wat meestal betekent dat iets of iemand een overdosis aan charme bezit, waardoor het zonder enige vorm van screening in het;
OMG YES DOE MIJ DIE deel van mijn hersenen terecht komt.
Daar zaten nu dus groene schoenen.
In my defense: Ze hadden wel hakken.
Anders was t ze ook niet gelukt.
De enige platte schoenen die ooit in mijn OMG Yes centrum terecht zijn gekomen, zijn Pantofola d’Oro sneakers, en die kwamen ook uit Italië realiseer ik me nu.
Maar over het algemeen word ik zwaar ongelukkig op platte schoenen.
Ik heb meerdere keren in mijn leven, in een willekeurige stad, straat of dorp, waar ik op dat moment was, halverwege de middag een paar hakken gekocht omdat ik dacht dat als ik nog vijf minuten langer rond moest lopen op platte schoenen, ik de wil om te leven zou verliezen.
Dankzij de groene schoenen was ik vanmiddag in één keer wél in de tweedehandswinkel waar ik al lange tijd bewust niet naartoe was gegaan. Want met een zwakke weerstand tegen designer merken moet je in het jaar dat je je yogastudio opdoekt, en nog in-between-jobs zit, daar uiteraard niet naar binnen gaan.
Maar ik had een week geleden definitief besloten onder de naam Lauren Harteveld verder te gaan. Dat kon als schrijver zijn, maar zelfs als ik ervoor koos een baan te accepteren om niet onder de Waalbrug te eindigen? Ook dan zou het Lauren zijn die ergens ging werken.
Die kon dat aan, keeping her eye on the prize.
Onder mijn eigen naam viel er geen land meer met me te bezeilen.
Daar tekende ik alleen nog maar verhalen over een keilief eendje, met verhaaltjes erbij in mijn kinderhandschrift. En een vrije interpretatie van de Nederlandse taal die nog het meest leek op Elmo van Sesamstraat.
Ik was dus niet in-between-jobs; Ik was Lauren Harteveld, full-time schrijver.
En vooral full-time personality.
Want Lauren was niet voor de poes!
Niet alleen kon zij zich vrij bewegen, omdat haar naam niet voorkwam bij mensen die uit hoofde van hun functie haar naw gegevens kenden;
Lauren hoefde ook geen rekening te houden met “haar” familie, “haar” ex-yogacursisten, en “haar” hele sociale omgeving.
Want die waren niet van haar.
Lauren Harteveld was een nieuwe identiteit voor een nieuw leven.
Een artiestennaam zodat ik los kon.
Achteraf denk ik dat de schoenen op Facebook een cue waren dat het hoog tijd was dat Lauren Harteveld een poweroutfit ging shoppen bij 2ndMas.
En zo geschiedde.
Ik paste de groene laarsjes en was direct verkocht.
Ik vond een roze jasje, dat net iets te klein was maar dat ik daarom “mijn dieetjasje” noemde.
“Of ik nou dit koop om mezelf te inspireren, of een dieetboek? Ik denk dat dit beter werkt.”
Mas zelf heeft de looks en de lengte van een mannequin. Met ranke polsen waar ik altijd gefascineerd naar kijk als ze mijn aankopen in vloeipapier vouwt voor ze de tas ingaan.
Sinds ik Lauren Harteveld ben, merk ik nog meer dan daarvoor dat één van mijn eerste levensbehoeftes inspiratie is.
Ik dacht eerst dat het sociale contacten waren.
En hoewel vriendschap en geborgenheid natuurlijk een groot goed zijn, merk ik dat mijn echte zucht, mijn begeerte, zit in het krijgen van inspiratie.
Interessante mensen ontmoeten.
Terwijl ik aan Mas vroeg of ze de pilotenbril voor mij uit de vitrine wilde halen (“Ik pas nooit aviators, maar ik hoop nog steeds op een wonder.”) vroeg ik of ze bij de ondernemersvereniging was.
Ik was haar weleens ergens tegengekomen, in een groep waarvan ik bijna zeker wist dat het een ondernemersborrel was.
De ondernemersvereniging was de enige groep waar ik inspiratie bij voelde, terwijl ik mezelf helemaal geen ondernemer vind.
Was t maar zo’n feest!
Ik had een innerlijke noodzaak tot schrijven, zoals andere mensen ademen. Als ik daarvoor betaald werd? Toppie!
Zo niet, dan werd het de Waalbrug of Lauren ging werken.
Wat Lauren in elk geval niet ging doen was schrijven in opdracht, want dan kreeg je dezelfde frustratie als de yogastudio. Dat je passie een verdienmodel wordt, en je dienst aan bepaalde verwachtingen moet voldoen. Been there, done that, en nu nam ik een hele nieuwe identiteit aan om ervan los te komen. Die route was uitgesloten.
Maar echte ondernemers hebben een verdienmodel.
Ik had alleen een schrijfverslaving, die me tot nu toe alleen een onderneming had gekost.
Ondanks mijn falen als business owner, voelde ik me thuis bij wat we hier in Nijmegen (zo’n linkse stad dat het Havana aan de Waal wordt genoemd) “ballententen” noemen. Alles dat alternatief is, vind ik hoogst verdacht.
Dus van de ene kant zijn mijn opvattingen zo links dat een Jesse Klaver me vriendelijk zou verzoeken de partij te verlaten. Aan de andere kant doe je me geen groter plezier dan me tussen de VVDers te zetten.
Ondanks deze voorkeuren, dwong ik mezelf rond te vragen of iemand ook netwerken voor creatieven en kunstenaars kende.
Tot nu toe lagen alle creatieve clubjes waar ik van had gehoord er min of meer uit. Er was in geen maanden iets georganiseerd.
“Zit of zat jij bij de ondernemersvereniging?” vroeg ik nu ook aan Mas. “Als Lauren Harteveld ben ik op zoek naar nieuwe dingen om te doen. Mensen die bij me passen zoals ik ben.”
Mas was inderdaad bij de ondernemersvereniging geweest. Maar ze had al zo weinig tijd voor haar vriendinnen, haar sociale leven. Uiteindelijk had ze daarvoor gekozen.
Dat kon ik me voorstellen.
“Jij praat ook al met mensen, hier in de winkel. Ik zit als schrijver alleen. Ik moet echt flink aan de bak, om dat te compenseren.”
Mas vertelde ook dat de ondernemersvereniging echt een mannenclub was. Daar begon ik direct van te stralen.
“Als er nou één groep is, die Lauren Harteveld leuk vindt, dan zijn het wel mannen!”
We stonden op het punt om af te rekenen – de aviators hingen inderdaad op mijn wangen en lagen weer terug in de etalage – toen ik bekende:
“Ik durf het bijna niet te vragen. Maar die aqua tas in de etalage?”
Mas knikte als teken dat ze precies wist welke designerbag ik bedoelde.
“Die praat tegen me!” fluisterde ik samenzweerderig.
Het was een merk waarvan ik wist dat ik een hele goede smoes voor mezelf moest gaan bedenken om deze aankoop te verantwoorden. Maar somehow wist ik dat ik t moest doen.
Een vluchtige ontmoeting met de tas, zou me ogenblikkelijk laten weten of dit Mijn Tas was. Of niet.
Mas kroop opnieuw de etalage in, terwijl ze me inlichtte over de historie van de tas.
“Dit soort stukken komt hier normaal niet terecht. Het is een buitenkansje. Via een personal shopper uit Amsterdam, voor BNers.”
Zowel de prijs die hij nieuw had, als de prijs die hij nu had, gaven een aangename duizeling in mijn hoofd.
Mas liet me de echtheids certificaten zien, en vertelde dat personal shopper natuurlijk wel echt een droomberoep was.
“Waarom ben jij dat dan niet?” vroeg ik. “Of is daar geen markt voor in Nijmegen?”
“We hebben hier nauwelijks BNers.”
Ik lachte.
“Nou binnenkort in elk geval één! Ik neem hem!”
Mas was zichtbaar verbaasd. Ze had er duidelijk niet op gerekend hem zo snel te verkopen.
Het enige nadeel was dat ik de schoenen teruglegde, met spijt in mijn hart. Maar groen en aqua paste niet bij elkaar.
Terwijl Mas de aqua designertas met haar elegante handen liefdevol inpakte in vloeipapier, vertelde ik waarom ik hem had gekocht.
Dit was mijn nieuwe identiteit.
De tas die bevestigde dat Lauren Harteveld bestond en direct aangaf wie ze was.
“Weet je Mas,” concludeerde ik. “Misschien shoppen die mensen in Amsterdam wel voor die sterren. Maar jij biedt iets veel mooiers.
Bij jou kunnen mensen shoppen, om ster te worden.”
.
Ook een ster worden? 2ndMas is open van maandag t/m zaterdag en zit in de van Welderenstraat in Nijmegen
.
~Lauren
.
Nieuwe Nederlandse posts + boekaankondigingen verschijnen allemaal op dit blog. De subscribe of volg button zit ergens op deze pagina, waarschijnlijk rechts.